Tijd voor een nieuw ruimtelijk beleid

Tijd om keuzes te maken. Tijd voor beleid.

Alle politieke partijen geven al jaren aan te staan voor een landelijk Oosterzele: een groene gemeente aan de poort van de Vlaamse Ardennen. In de praktijk zien we dat het landelijke karakter en de groene open ruimte steeds meer onder druk komt te staan. We zien dat in vele andere gemeenten open ruimte onder druk komt en dat verharding toeneemt. Maar we zien ook dat heel wat gemeenten erin slagen om open ruimte beter te beschermen en verharding, als ze dat echt willen, onder controle kunnen houden. Vandaag moddert Oosterzele op vlak van ruimtelijk beleid aan. Met een visie die er eigenlijk geen meer is. De visie is verouderd, achterhaald en cruciale punten zoals een performante woonvisie ontbreken.

 

Nochtans is de keuze waarvoor we staan in grote lijnen duidelijk:

Willen we dat Oosterzele in de toekomst qua ruimtelijke planning en indeling meer en meer opschuift richting een voorstedelijke gemeente?

Óf willen we het beeld van Oosterzele als toegangspoort van de Vlaamse Ardennen kracht bijzetten en het landelijke karakter en open ruimte beschermen, bewaren en waar mogelijks uitbreiden?

Op middellange termijn is dat de keuze die we met z’n allen moeten maken. Het ene hoeft niet beter of slechter te zijn dan het andere. Maar beiden vergen wel een totaal andere aanpak op vlak van ruimtelijk beleid. En die andere aanpak vraagt naar het maken van duidelijke keuzes. Die keuzes moeten we maken en daarmee moeten we beleidsmatig aan de slag. Doordacht, niet dogmatisch. Doortastend, niet betuttelend. Resoluut, maar ook rechtvaardig.

 

De keuze voor N-VA Oosterzele is duidelijk: Wij kiezen voor het behouden, beschermen en versterken van het landelijke karakter en de open groene ruimte.

Om daar iets aan te doen is een nieuwe ruimtelijke beleidsvisie voor nodig. Vanuit N-VA Oosterzele schuiven we enkele speerpunten naar voor die onderdeel moeten zijn van een nieuwe langetermijnvisie die het landelijke karakter en de open ruimten moeten vrijwaren:

  1. Open ruimte bewaren, beschermen en versterken.
  2. Verhardingsgraad terugdringen tot onder de 10%.
  3. Groenblauw netwerk van bossen en beken versterken en uitbreiden.
  4. Opstellen van een woonvisie, met scherpe, duidelijke en transparante bouwnormen.
  5. Economische ontwikkeling doordacht ondersteunen.

 

De huidige langetermijnvisie is verouderd en achterhaald

De langetermijnvisie op ruimtelijke ordening die de gemeente hanteert, is stilaan verouderd.

De langetermijnvisie, die opgenomen is in het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) dateert van 2010. Het GRS op zich is sowieso al een verouderd instrument om aan ruimtelijke beleidsplanning te doen. Steden en gemeenten moeten, aangestuurd door Vlaanderen, de overstap maken naar een nieuw instrument om hun langetermijnvisie vorm te geven, namelijk via het Ruimtelijk Beleidsplan. Steden en gemeenten die nog een GRS gebruiken, mogen sinds 2020 geen grote aanpassingen meer doorvoeren aan hun GRS. Net omdat het de bedoeling is dat ze de overstap maken naar een Ruimtelijk Beleidsplan. Het verschil tussen een GRS en een Ruimtelijk Beleidsplan gaat verder dan een naamswijziging. Het betreft een andere inhoud en een ander planningsproces.

 

De langetermijnvisie op ruimtelijke ordening die de gemeente hanteert, is achterhaald.

De gemeente baseert haar langetermijnvisie vandaag op een visie die werd opgesteld in 2010. Sindsdien zijn er op verschillende bestuursniveaus m.b.t. ruimtelijk beleid heel wat nieuwe inzichten meegenomen, waarmee ook steden en gemeenten rekening moeten houden.

Denk hierbij onder andere aan:

  • Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (2018) en de op komst zijnde bouwshift op Vlaams niveau.
    • Impliceert een andere manier van hoe er wordt omgegaan met open ruimte, woonuitbreidingsgebieden, watergevoelige gebieden en open ruimte.
  • Bestuursakkoord gemeente Oosterzele (2018-2024)
    • Ook het huidige bestuursakkoord van het Oosterzeelse gemeentebestuur voorziet in maatregelen die impact hebben op ruimtelijk beleid. Helaas kwam tot op vandaag van deze maatregelen nog weinig in huis. Zo voorziet het bestuursakkoord onder andere een nieuwe performante woonvisie met aangescherpte normen.
  • Klimaatactieplan Oosterzele (2021)
    • Het gemeentebestuur stelde in 2021 een Klimaatactieplan op. Uit het klimaatactieplan blijkt duidelijk dat de veranderende klimaateffecten ook voor de gemeente Oosterzele risico’s en kwetsbaarheden inhouden.
    • In het Klimaatactieplan Oosterzele worden a.d.h.v. recente inzichten actiepunten opgenomen om de klimaatuitdagingen aan te gaan. Veel van deze punten hebben ook betrekking op ruimtelijk beleid, zoals het inzetten op ontharding.

 

Kernpunten

1. Open ruimte bewaren, beschermen en versterken.

Bewaren: Woonuitbreidingsgebieden worden niet meer aangesneden voor grote projectontwikkeling.
Beschermen: Via de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen moeten bestaande openruimtegebieden wettelijk verankerd worden.
Versterken: Open ruimte aantrekkelijker maken door sport- of speelelementen aan te brengen, door het realiseren van een hondenlosloopzone, … . Waar nu ruimte voor sport en spel geconcentreerd wordt op de site van De Kluize, moet elke deelgemeente een volwaardige ruimte hebben waar kinderen, jongeren en andere Oosterzelenaren terecht kunnen voor sport of ontspanning.

 

2. Verhardingsgraad terugdringen tot onder de 10%.

  • Inzetten op ‘quick wins’: ontharden van schoolterreinen, verkeersgeleiders, particulieren stimuleren om ook zelf hun steentje bij te dragen.
  • Grotere onthardingsprojecten: heraanleg marktplein Scheldewindeke, VRV-site ontharden, onthardingsprojecten op de ambachtelijke zone en op de site van de sporthal

 

3. Groenblauw netwerk van bossen en beken versterken en uitbreiden.

  • Aanplanten van nieuwe bossen moet verhoudingsgewijs drie keer zo hoog worden t.o.v. het aanplanten van compensatiebos, dat elders verdwenen is.
  • Op dit moment is het aandeel nieuw bos net iets hoger dan het aandeel compensatiebos, dat elders is verdwenen.
  • Versterken van beekvalleien en watergevoelige gebieden.
  • Watergevoelige gebieden niet meer bebouwen.

 

4. Opstellen van een woonvisie, met verscherpte, meer duidelijke en transparante bouwnormen.

  • Woonbehoeftenstudie en een bouwkompas dat aangeeft waar projectontwikkeling mogelijk is.     
    • Prioriteit geven aan ontwikkeling van binnengebieden.
    • Máár ook rekening houden met enkele concrete kenmerken:
      • Watergevoeligheid van het gebied: niet meer bouwen op watergevoelige gebieden.
      • Het wel of niet aansnijden van open ruimte.
      • Project moet aantoonbaar kernversterkend zijn.
      • Project mag geen groene of biologisch waardevolle gebieden innemen.
      • Mobiscore: deze score geeft per gebied aan in welke mate je tal van voorzieningen te voet of met de fiets kan bereiken. Hoe hoger de score, hoe lager de verwachte mobiliteits- en milieu-impact.
  • Woonvisie die verder inzet op:
    • Aangescherpte minimumnormen voor wat betreft groenvoorziening, parkeerplaatsen, … .
    • Aangescherpte maximumgrens voor wat betreft verharding.
    • Duidelijke afbakening voor wat betreft het aantal bouwlagen.
  • Renoveren stimuleren:
    • Digitaal woonloket dat inwoners helpt om juiste financiële ondersteuning te vinden voor renovatieprojecten.

 

5. Economische ontwikkeling doordacht ondersteunen.

  • Evaluatie van ruimtegebruik op bestaande ambachtelijke zone. Gericht ingrijpen waar het kan.
  • Wanneer bij de realisatie van een tweede ambachtelijke zone open ruimte verloren gaat, wordt die open ruimte elders gecompenseerd.
  • In ambachtelijke zone(s) hoger bouwen mogelijk maken (met een maximum aantal bouwlagen) om zo ruimte efficiënter te gebruiken.
  • Werken met groendaken/groenschermen.
  • Realiseren van groenbuffers rond ambachtelijke zones waar ook de werknemers gebruik van kunnen maken.
  • Inzetten op multifunctioneel ruimtegebruik zoals gemeenschappelijke parkeerterreinen.